donderdag 23 september 2010

Blog 5, Steeds gekker, 22 september

Steeds gekker

Stel, je wilt schrijver worden. Je bent al je hele leven met boeken bezig, en al vóór je kon lezen tekende je je eigen prentenboeken.
Op een dag neem je het besluit: nú ga ik het doen, nú weet ik welk verhaal ik wil vertellen. Mijn eigen verhaal. Niet omdat ik mijzelf nou zo interessant vind, maar omdat het een verhaal is dat verteld moet worden, om anderen, om begrip, om communicatie, om de wereld.

Twee jaar later ben je met 300 anderen op een feestje van de uitgeverij en vertelt er iemand zomaar, zonder dat je daar over nagedacht had: er zijn mensen in allerlei landen, in allerlei talen, die jóuw boek, jóuw verhaal misschien gaan kopen.

Dit is wat mij gisteren is overkomen. Dat er belangstelling uit Engeland was had ik inmiddels verwerkt, en ik hoop maar dat het doorgaat, want dan kan een vriend van mij in Ierland óók mijn boek lezen. Extra aandacht is leuk, een grotere kans dat mijn andere boeken gepubliceerd gaan worden, en extra geld is ook best leuk (ik wil een bad!).

Maar op dit moment zit ik op de bank en overdenk ik het nieuws van gisteren: er is belangstelling in Duitsland, Frankrijk, Spanje, Italië én… Zuid-Afrika…

Stel je voor… je bent blij dat je ons drukke kippenlandje even uit bent om in het prachtige Toscane te gaan ontspannen. Achteloos loop je een boekhandel binnen op zoek naar een Nederlandse krant. En dan… dan zie je een boek liggen met rode schoentjes op de voorkant en een oer-Hollandse naam: Femke Talitha.
Het zou kunnen gebeuren. Komende zomer in Toscane in de boekhandel! Onwaarschijnlijk. De kinderen grappen dat Sinterklaas een exemplaar in het Spaans voor me mee zou kunnen brengen en ikzelf denk aan al die borderline-onderzoekers in buitenlanden die straks mijn blik van binnen óók kunnen lezen.

Tegelijkertijd: ik heb twee keer een paar uur gewerkt deze week, weer een flinke terugslag beleefd, maar ben ook weer tot rust gekomen. Ja echt, ik word steeds weer wat normaler, maar met alle objectiviteit die ik in me heb stel ik vast: de wereld rondom mij wordt steeds gekker.

Blog 4, stilstand, 14 september

Blog 4, 14 september 

De zware depressie ligt achter me. Met hard werken, het eeuwige 'doorzetten', bloed zweet & tranen en bakken vol met moed is het me gelukt om deze donkere wolk opnieuw achter me te laten. Inmiddels zeg ik hardop: 'ik ben blij dat ik nog leef', iets dat zes weken geleden ondenkbaar was.

Het leven ná deze ziekteperiode bevat nieuwe elementen. Ik werk nu op een zorgboerderij en ben van plan dat nog een poos te blijven doen. De schoonheid en de kracht van het werken daar zijn een levenslijn geworden.
Sporten is belangrijk voor me. Het tot in de vezels voelen van je spieren, je ademhaling over de kop gooien en je grenzen verleggen zónder jezelf schade te doen is een mooie ervaring. Natuurlijk kies ik voor sporten buiten, hardlopen en fietsen bijvoorbeeld, zodat éen en één weer twee is.

En sommige dingen blijven hetzelfde. Vorige week heb ik me voor het eerst twintig minuten verveeld bijvoorbeeld, een bewijs dat er ruimte aan het ontstaan is. Ik ga weer beginnen op mijn werk, ben heel benieuwd hoe dat 'voelt'. Kan ik de drukte alweer aan? De telefoon die steeds maar gaat, alle mail die ik 'achter loop', het in- en uitlopen van collega's, de druk van een klus waar ik dan voor verantwoordelijk ben? Die ook op zeker moment af moet? Ik ga het meemaken. Ben optimistisch en nieuwsgierig…

Schrijven is hetzelfde gebleven… Nu de donkere wolk achter me ligt bekijk ik de manuscripten waar ik mee bezig was en ontstaat er óók de ruimte om daar mee verder te gaan. Ik lees 'de Zaal' weer terug, een boek waarin het conservatorium-gebeuren een grote rol speelt. En ik verbaas me: het is echt goed! Eén vriendin heb ik destijds op het conservatorium ontmoet. Dat is nu vijftien jaar geleden. Ik laat haar het manuscript lezen en ze geeft me het vertrouwen dat het goed gaat komen met het boek over Lina, de hoofdpersoon. Ze herkent sfeer en setting, maar is het met me eens dat Lina en Eva geen kopieën zijn van haar en mij. En dat is maar goed ook…!

En o, wat heb ik weer veel levenswijsheden opgedaan deze periode. Ik moet denken aan wat Anselm Grün schrijft in zijn boek over depressie, 'Als het leven een last is'. Hij beschouwt een depressie als een periode van 'reiniging', nadat je je in jezelf hebt teruggetrokken en je door de hel bent gegaan ontdoe je je van overbodige energievretende elementen en kom je tot de kern van je bestaan. Eenzelfde ervaring had Eckhardt Tolle voordat hij zijn inzichten opschreef die je kan samenvatten als het je ontdoen van alles behalve de ervaring van DIT MOMENT, het NU.
Ik herken het allemaal, en heb de keiharde confrontatie met mijn prioriteiten weer doorstaan en ondergaan, net als in een vorige depressieve periode. Op de eerste plaats moet ik voor mijzelf zorgen, anders is het eenvoudig: dan sterf ik en kom ik aan de andere prioriteiten niet toe. De tweede prioriteit is de zorg en liefde voor de kinderen, en vlak daarna mijn echtgenoot. De derde plek in mijn leven is voor mijn familie en beste vrienden, direct gevolgd door mijn schrijven en mijn werk.
De ruimte die is ontstaan in mijn geest wordt netjes volgens deze rangschikking ingevuld, en helemaal zonder dat het opvalt. Ik heb met de kinderen koekjes gebakken, ben met vrienden en familie uit eten geweest, heb een nieuw hoofdstuk geschreven in een boek waar dit soort levenswijsheid op bijzondere wijze een rol speelt…

O ja, stilstand is soms geen achteruitgang. Stilstand kan ook inspiratie zijn – leven ten diepste!, het leidt zeker weer tot schrijven…

Blog 3, geen sikkepit, 1 september

Vorige maand een ziekenhuisopname van 10 dagen. Een nieuw persoonlijk record. Wat is het toch een wonderbaarlijke omgeving, zo'n psychiatrisch ziekenhuis. En wat is het toch onbeschrijflijk wat er in je geest allemaal kan gebeuren. Ik zou over de afgelopen paar maanden zomaar een 'Borderline van binnen deel twee' kunnen schrijven. 'The edge of reason', zou dat moeten heten ;-). Zo diep nog nooit geweest, zo bijna-tenonder in de hel. Weer vele nieuwe littekens opgedaan, ditmaal zelfs letterlijke. Absurd.

Nu al een poosje weer thuis en weer bezig met lezen en schrijven. En leven ook. En met mijn boek. De complimenten komen nog steeds binnen, sinds kort staat er bijvoorbeeld een recensie op de website van de stichting borderline (http://www.stichtingborderline.nl/site/Lotgenotencontact///m4/72).

Toen ik twee jaar geleden besloot om een boek te gaan schrijven over deze stoornis hoopte ik dat ik daarmee anderen kon helpen. Hoopte ik dat ik iets kon bijdragen aan het verminderen van het stigma dat rondom borderline bestaat. Een nobele gedachte, en een prima aanleiding om eindelijk mijn schrijfambitie in een boek om te gaan zetten. Maar als je er dan, twee jaar later dus, achter komt dat het ook lúkt… dat mensen de stoornis beter begrijpen, dat zelfs mensen mét de stoornis het beter begrijpen… dat mensen eindelijk hun omgeving kunnen duidelijk maken wat het betekent om met deze stoornis te leven… omdat ik de juiste combinatie van talent toevallig bezit: analyseren, schrijven, doorzettingsvermogen… dan is dat een godsgeschenk.

Maar helpt het? Nee, niet wérkelijk. 
Maakt het míjn strijd eenvoudiger om te strijden? Nee, geen sikkepit.
Is het een reden om te blijven leven? Jammer genoeg, voor degenen die van mij houden, is ook het antwoord op díe vraag: nee.
Het blijft gewoon teringmoeilijk en alle kracht moet uit mijzelf komen. Nu maar hopen en vertrouwen dat ik mijn kracht steeds in verbinding kan houden met de één of andere krachtbron. Zonder me in de hel terug te trekken. Want daar heb ik wel weer genoeg van gezien de afgelopen zes weken…

Blog 2, Zeeland en Friesland, 1 augustus


Zeeland en Friesland

Mijn broer belde. Van een vriend had hij gehoord dat er in Middelburg tien exemplaren van mijn boek in de etalage liggen.
Zelf ben ik in Leeuwarden in een boekhandel – daar zijn er drie geweest maar nu zijn er nog twee. Ik weet nu dus dat íemand in Friesland mijn boek gekocht heeft. Iemand die ik niet ken. Wat een maf idee! De twee overgebleven boeken worden door mijn kinderen 'ingestraald' en geknuffeld, zodat ze maar snel verkocht zullen worden. Ik lach om deze bijzondere liefdesverklaring van ze, en ze blijven maar zeggen hoe trots ze zijn op hun moeder. En ik op hen!

Natuurlijk ben ik diep teleurgesteld dat mijn boek nog niet is binnengekomen in de top-tien van non-fictie in Nederland. Ook is er nog stééds geen mail van mijn uitgever om me te zeggen dat spontaan een buitenlandse uitgever heeft gebeld om de vertaalrechten te kopen. Teleurstelling op teleurstelling dus…

Of zie ik het verkeerd en is het zo eenvoudig dat ik nu geduld moet gaan oefenen?
Onmiddellijk denk ik weer aan Ernie, die tegen Bert zegt:  'ga jij maar fijn geduld oefenen, Bert, dan ga ik wel op mijn trompet oefenen!' Waarop onmiddellijk de te verwachten herrie op de plaat te horen is. Ik heb geen trompet, maar ben wel bezig met hardlopen. Stappe-stap, twee drie vier vijf zes zeven acht. En als ik tot het einde van de rivier ben gelopen, is mijn boek dán een bestseller? Ligt er dán een voorstel voro het uitgeven van mijn tweede, derde, vierde boek? Eerst nog maar wat oefenen. Geduld, hardlopen, leven… allemaal zaken die ik nog leren moet. En ondertussen rustig blijven ademhalen, zes zeven acht.


Alternatief blog 2, 1 augustus 2010

Het is allemaal een grote vergissing. In de echte grote-mensen-werkelijkheid is het volstrekt onmogelijk om met borderline te leven. Alle lapmiddelen ten spijt blijft het allemaal bij overleven en het van crisis naar crisis duikelen. Ondertussen probeer ik telkens naar de oppervlakte te spartelen, maar dat lukt steeds minder goed.
Slechts één zin uit mijn boek heeft eeuwigheidswaarde: 'mijn gedachten zijn een zee waarin ik dikwijls ben verdronken', en die zin is niet van mij maar van Toon Tellegen.

Lapmiddelen? Ja, overlevingsstrategieën. Alle regels, alle tips, alle manieren om het leven dragelijk te houden horen bij het overleven. En overleven is zó dodelijk vermoeiend… dat kan niemand 50 jaar volhouden. Ik dus ook niet.
Dus heb ik weer een nieuwe snee in mijn arm – vers van mijn eigen mes, en heb ik daarna vannacht extra oxazepam geslikt om uiteindelijk toch
eens in slaap te vallen.
De hel is onverdraagbaar.
Laat ik Dante er nog maar eens op na slaan.


blog 1 - 'tweede', 19 juli 2010

Tweede

Afgelopen week was een week van 'eerste keren'. Maandag kwam mijn uitgever een doos brengen – daarin 20 exemplaren van mijn eerste boek. Voor het eerst zagen mijn man, kinderen en ikzelf een boek met achterop míjn foto. Voor het eerst ging er daarom een fles champagne open.
Dinsdag kwam een bericht binnen dat de redactie van Pauw & Witteman daadwerkelijk – en voor het eerst – belangstelling had getoond voor mij en mijn boek. Radio 1 was al over de brug, daar heb ik morgen mijn eerste radio-optreden als schrijfster.
Woensdag ontdekte ik dat mijn boek voor het eerst in een tijdschrift stond – de Opzij namelijk, en donderdag gaven we voor het eerste een groot feest vanwege mijn eerste boek. De dank aan één van mijn vriendinnen is groot: zij schreef 'gefeliciteerd met je EERSTE boek. Waarin onmiskenbaar het vertrouwen ligt dat er ook een TWEEDE boek komt.
'Pas' vandaag, maandag, had ik de ruimte om verder te schrijven aan de tekst die mogelijk mijn tweede boek-in-druk wordt. Een andere mogelijke tweede tekst is door A.W. Bruna afgewezen omdat die niet in het fonds paste, en ligt zodoende al maanden bij een concurrerende uitgeverij. Waanzinnig irritant hoe traag dit vak blijkt te werken. Lees maar goed elders op mijn site om te weten waar dát boek over gaat.

Ondertussen krijg ik de eerste reacties binnen van de mensen die als eerste mijn boek gelezen hebben. En merk ik voor het eerst dat ik de gevolgen daarvan totaal niet heb kunnen overzien. Het blijkt dat mensen geraakt worden door mijn boek. Dat ik een persoonlijke snaar kan raken, door wat ik schrijf, door hoe ik het schrijf…
En ik krijg voor het eerst complimenten op mijn boek, mijn schrijven… ze komen van mensen dichtbij en van mensen net iets verder weg. Ik ken mijn moeilijkheden met complimenten, maar dat die complimenten veroorzaakten dat ik zaterdag in een miniborderlinecrash terecht kwam was toch wel weer heel apart. Het is niet overdreven – geef mij een compliment, zorg dat ik merk dat je het werkelijk meent, en er treedt vliegensvlug een kettingreactie op:
Compliment: 'Femke wat dapper dat je dit allemaal zo krachtig en helder hebt opgeschreven, je bent een prachtig mens'
Kettingreactie: 'O nee, hoor, ik ben helemaal geen prachtig mens, ik ben een mislukt, beschadigd mens dat zichzelf overschreeuwt',
'en dat ik dit heb opgeschreven is niet meer dan normaal, dat is gewoon een talent van me dat ik ook maar heb meegekregen',
'en hoe kan het nou helder zijn opgeschreven, het is een ongelooflijke chaos in mijn kop'
'en zo'n compliment geven ze alleen maar omdat ze vinden dat ik zielig ben'
'en ik wil niet zielig zijn, ik ben ook niet zielig, ik wil sterk zijn'
'maar ik ben nou eenmaal niet sterk want daarvoor ben ik te beschadigd, te kwetsbaar'
'te klein, te angstig'
'ik raak nou eenmaal altijd weer overweldigd door de ellende'

En hoppa! Daar ga ik alweer ten onder in een golf van de storm die borderline heet. Daar ben ik alweer door het ijs gezakt en kan ik roepen wat ik wil, maar geen brandweerman die een ladder op het ijs legt om me uit het wak te vissen. Ik moet mezelf er weer uit werken, verkleumd en bibberend op zoek naar een koek-en-zopie-tent, strompelend naar huis, de natte kleren uit en onder een warme douche.
's Avonds komt mijn man bij me op bed zitten. Ik ben zo moe die dag dat ik vroeg naar bed ben gegaan met mijn laptop en een dvdtje.
'Gaat het een beetje?'
'Ja, het gaat wel weer'
'Dat was de eerste keer sinds het verschijnen van je boek he?'
'Ja, de eerste keer'.